Sensa Zorg

  >  Blog   >  Religie als taboe-onderwerp in de zorg

Religie als taboe-onderwerp in de zorg

Met een interreligieuze sensitieve houding kunnen hulpverleners in de zorg vooral open staan voor dialoog. Ook kunnen ze levensbeschouwelijke elementen herkennen en bespreekbaar maken. Om jongeren te begeleiden in een gezonde identiteitsontwikkeling, maar ook om volwassenen met een andere levensbeschouwing beter te kunnen behandelen, is het belangrijk om te weten hoe je sensitief kunt handelen. Wanneer levensbeschouwing een rol speelt in de professionele relatie tussen de hulpverlener en cliënt zijn interculturele competenties belangrijk. Door te beschikken over interculturele competenties zal de hulpverlener in staat zijn om de cliënt op een effectieve wijze te begeleiden. Hoe kan de hulpverlener ervoor zorgen dat de religie/levensbeschouwing geen taboe-onderwerp is en de cliënt hier verder bij helpen?

Religie als taboe-onderwerp in de zorg

Het voeren van interreligieuze gesprekken met jongeren

Begrepen worden door hulpverleners is voor religieuze jongeren belangrijk, omdat zij willen dat de hulpverleners ook weten wat het geloof voor hen betekent en hoe religie hun normen en waarden vormt. Het geloof en de levensbeschouwing vormen een deel van hun identiteitsontwikkeling waarbij ze kwetsbaar zijn voor omgevingsfactoren die zowel beschermend als risicovol kunnen zijn voor hun gezondheid. Maar ook voor jongeren die niet religieus zijn vormen spiritualiteit en levensbeschouwing een deel van de identiteitsontwikkeling. 

Wanneer jongeren onbegrepen worden of als er geen inlevingsvermogen bij de hulpverleners is over levensbeschouwing, kan dit leiden tot een gevoel van miskenning bij jongeren. Dit kan negatieve gevolgen hebben voor hun identiteitsontwikkeling en dus ook voor hun gezondheid. Wanneer het gevoel van uitsluiting op basis van religieuze achtergrond niet aanwezig is, zal dit alleen maar positief zijn voor de identiteitsontwikkeling onder jongeren.

De rol van levensbeschouwing in de hulpverlening

  • Zorgprofessionals missen competenties om hun cliënten levensbeschouwelijk sensitief te kunnen ondersteunen en effectief te begeleiden.
  • Zorgprofessionals kunnen vastlopen, omdat eigen waardering voor levensbeschouwing op zich en inhoudelijke kennis hiervan niet overeenstemt met de levensbeschouwelijke behoeften van de cliënten.
  1. Hulpverleners kunnen moeite hebben bij het bieden van ondersteuning aan jongeren die behoefte hebben aan ondersteuning bij hun religieuze identiteitsontwikkeling.
  2. Hulpverleners zouden behoefte aan begeleiding kunnen hebben vanwege de grenzen die hulpverleners zelf hebben ten aanzien van het geloof. 
  3. Zorgprofessionals hebben behoefte aan ondersteuning bij het integreren van het thema religie in hun werk.

Hoe kunnen hulpverleners op een effectieve manier met levensbeschouwelijke onderwerpen omgaan?

  • Met een open houding dus zonder voordelen en door het opzij zetten van de eigen levensbeschouwing kunnen hulpverleners luisteren naar het verhaal van de cliënt. Hierbij heeft de hulpverlener een brede blik en een open geest voor andere ideeën en visies. Zo zal er een vertrouwensband gecreëerd worden en zullen de gesprekken vlotter verlopen, waardoor de hulpvraag beter geformuleerd kan worden. 
  • Hulpverleners kunnen door nieuwsgierig te zijn, dus door vragen te stellen over bepaalde aspecten die niet voorkomen in de eigen levensbeschouwing, interesse tonen in het verhaal en de levensbeschouwing van de cliënt. Door nieuwsgierigheid en interesse zal de hulpverlener het gevoel geven dat hij of zij betrokken is, wat weer zal zorgen voor een vertrouwensband. 
  • Ook is het belangrijk dat de hulpverlener over voldoende kennis beschikt om in te kunnen leven in de ander en om gevoelig met de religie om te kunnen gaan.
  • Het is van groot belang dat de hulpverlener tegemoetkomt aan de verwachtingen van de cliënt zonder de doelen uit het oog te verliezen. Het is van belang dat de hulpverlener een manier vindt om de doelen te bereiken en tegelijkertijd ook rekening kan houden met de levensbeschouwelijke omgangsvormen.

Levensbeschouwelijk en sensitief werken van hulpverleners

Levensbeschouwelijke sensitiviteit onder hulpverleners is onmisbaar. Hulpverleners kunnen contact en interactie met een cliënt die een andere geloof of een levensbeschouwing heeft als verrijkend zien. Hierdoor zullen ze hun kennis en vaardigheden op intercultureel gebied ook beter kunnen ontwikkelen. Met kennis over diverse levensbeschouwingen en door inzicht te verkrijgen over de rol van de religie in het wereldbeeld van een ander, zullen hulpverleners op intercultureel gebied ook beter communiceren.

Tuba Gulbahce
Orthopedagoog